VAN HOSPICE NAAR OCMW!
15 - 10 - 2013
Het ontstaan van OCMW’s is terug te brengen tot de middeleuuwen.
Aanvankelijk was de zorg voor behoeftigen en armen een aangelegenheid van liefdadigheid die verstrekt werd door kerkelijke instellingen (kloosters en abdijen) de adel en particulieren. In de 13de eeuw werden er Godshuizen opgericht waar kloosterlingen in opdracht van de gemeente zieken en ouderlingen opnamen en behoeftigen zorg en onderdak verschaften.
Meer structuur, maar het blijft behelpen.
Langzaam kwam er meer structuur in de liefdadigheid. Vanaf de vijftiende eeuw worden er op verschillende plaatsen stichtingen en/of gemeentelijke armenbesturen opgericht. Keizer Karel regelt in 1531 de openbare onderstand voor al zijn Nedelandse gewesten, wat er op neer kwam dat elke stad voor zijn eigen armen moest zorgen.
Later na de Franse Revolutie, werd de aanzet gegeven tot een moderne en gerichte zorg voor behoeftigen. Het was de verdienste van de Franse bezetter om de diverse liefdadigheidsinstellingen te bundelen tot twee organisaties: de ‘Burelen van Weldadigheid’ die belast waren met steun aan huis (voorloper van de thuiszorg) en de ‘Commissie der Burgerlijke Godshuizen’ die zich ontfermde over het beheer en de werking van de diverse gestichten en tehuizen.
In het Frans sprak men over Hospices Civils. Oudere Leuvenaars hebben het nu nog altijd over ‘het hospice’ als het over het OCMW gaat. Of men spreekt over de Armenbesturen of over ‘den arme’.
Na de eertste wereldoorlog op het moment dat het systeem van de sociale zekerheid werd uitgebouwd, drong zich ook een hervorming op van het hele stelsel van de liefdadiheidswerking.
Op 10 maart 1925, stemt het Parlement de wet die de Commissies van Openbare Onderstand, afgekort COO, in het leven riep. Deze wet zal een halve eeuw van toepassing blijven.
De grote ommekeer
Door de wet van 8 juli 1976, onstaan de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW) die tot doel hebben eenieder in de mogelijkheid te stellen om een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid.
Deze wet wijzigt grondig de visie op maatschappelijke dienstverlening door de notie van behoeftigheid te schrappen, die voeger een voorwaarde was voor de tussenkomst van de COO.
Sedert 1976, kan elke persoon beroep doen op het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn. Elke burger kan zich zonder aarzeling wenden tot het OCMW. De doelstelling is om op een discrete wijze en binnen de plaatselijke solidariteit eenieder die sociale dienstverlening nodig heeft te helpen.
Afgestemd op de hedendaagse noden
Momenteel is het Leuvense OCMW een stevig uit de kluiten gewassen organisatie. Het personeelsbestand bestaat uit bijna duizend medewerkers, 195 mannen en 796 vrouwen. Hierdoor is deze instelling één van de grootste werkgevers van Vlaams-Brabant.
Als sociale organisatie heeft het OCMW een groot aanbod.
Voor een eerste gesprek kan een hulpbehoevende terecht bij het onthaal van de sociale dienst. Een maatschappelijk werker luistert er naar ieders probleem, onderzoekt de situatie en bespreekt welke hulp er past. De kliënt ontvangt er advies en begeleiding of wordt, indien nodig, op een correcte manier doorverwezen naar een andere welzijnsorganisatie die meer geschikt is om zijn probleem op te lossen.
Vooral voor senioren en ouderen die het lastiger krijgen om zich te behelpen zijn er heel wat mogelijkheden. Ik doe een greep uit het gebodene: thuiszorg (poetsdienst, gezinszorg, maaltijden aan huis, klusjesdienst…) nachtzorg, kortverblijf, serviceflats, dienstencentra, woonzorgcentra…
Koken kost geld. Het OCMW geeft jaarlijks ongeveer 70 miljoen euro uit, 63 % van de uitgaven zijn personeelskosten. Uiteraard heeft men ook inkomsten voor de diensten die men levert en krijgt men subsidies van de hogere overheden. Toch zijn deze inkomsten niet voldoende om de hele werking te financieren. De stad moet steeds bijpassen via een bedrag dat gelukkig vrij stabiel blijft, ongeveer 18 miljoen euro per jaar of 180 euro per Leuvenaar.
Maar het OCMW, zoals alle andere besturen staat voor grote uitdagingen, de diverse crisissen sparen niemand
Luc Ponsaerts
15/10/2013
TER INFO:
http://www.canonsociaalwerk.be/be/details.php?cps=35
OCMW Leuven
Andreas Vesaliusstraat 47
3000 Leuven
(016) 24 80 11
e-mail: secretariaat@ocmw-leuven.be